Misty
Sien
van de Boemelaar |
"Miss blue eyes" |
Misty
met Groover |
Doosje in een doosje |
Jammie
Dorito's |
Lekker
senseo'tje? |
Wat nou je wil erbij? |
:-) |
En weer... |
Lekker warme schone was!
|
Zo ik lig in 't zonnetje! |
Merry X-mas |
De Heilige Birmaan
heeft op het gezicht, de oren, de poten, de geslachtsdelen en de staart dezelfde
point-aftekening als bijvoorbeeld de Siamees, de voeten zijn echter wit. De
rest van de vacht is licht, de rug goudbeige bij alle variëteiten. De Birmaan
heeft een halflangharige vacht.Op dit moment zijn er verschillende
erkende kleuren: Sealpoint Donkere sealbruine (zwartbruine) aftekening
op de points en het neusleertje. Bluepoint (verdunning van seal) Blauw-grijze
aftekening op de points en het neusleertje. Chocolatepoint Melk-chocolade bruine
aftekening op de points en neusleertje. Lilacpoint (verdunning van chocolate)
Lavendel-roze aftekening op de points en het neusleertje. Redpoint Rood tot-warm
oranje aftekening op de points , roze neus. Creampoint
(verdunning van red) Pastel crème kleurige aftekening op de points, roze
neus. ....tabbypoint
Het masker vertoond duidelijk strepen, vooral rond de ogen en de neus.
Achterop de oren is een uimafdruk te zien. Op de poten verschillende maten van
gebroken strepen, effen gekleurd op de onderkant van de voeten. De staart is
geringd, eindigend in de gecombineerde kleur. Het neusleertje is roze. (Kan
gecombineerd worden met alle kleuren, met seal geeft dit sealtabbypoint.) ...tortiepoint
I.v.m. chromosoom aanhankelijk gen voor rood komt dit alleen bij poezen voor.
Rood gecombineerd met en van de hiervoor genoemde kleuren aftekening op de points.
Het neusleertje is roze of eventueel gecombineerd met de andere kleur. De F.I.Fé Standaard
heeft voor alle katten van alle rassen een omschrijving gemaakt.
Deze omschrijving geldt meer ls de standaard voor dat bepaalde ras. Voor de
Heilige Birmaan geldt ook een standaard. Deze standaard beschrijft de perfecte
Heilige Birmaan. Die Heilige Birmaan bestaat echter niet en is voor de fokker
enkel een ideaalbeeld om naar te streven. Lichaam Medium tot lang. Sterke korte
poten, afgeronde voeten. Kop Zware schedel. Volle, ietwat ronde wangen. Voorhoofd
is iets gerond. Neus van medium lengte en zonder top maar met een klein deukje.
Sterke kin. Oren Nogal klein, afgeronde punten. Iets naar voren geplaatst en
niet te recht op de schedel met een goede reedte ertussen. Kleur De Birmaan
is typisch gekleurd zoals alle andere pointkatten, maar alle vier de voeten
zijn wit. De gekleurde delen bevat het gezicht, de oren, staart, poten en de
geslachtsdelen. De points zijn gelijk en in goed contrast met de lichaamskleur.
De rest van het lichaam en de buik zijn bleek eierschaal-kleurig in alle variëteiten.
Handschoenen Het speciale aan de Heilige Birmaan zijn de witte voeten (handschoenen).
Deze handschoenen moeten puur wit zijn en mogen niet over het gewricht heenkomen.
Op de achterkant van de achterpoten eindigen de sporen in een "V"
die 1/2 of 3/4 tot de hak loopt, iets lager of hoger is ook toegestaan. Iets
hoger wit op de achterpoten dan op de voorpoten is toegestaan. Staart Is van
medium lengte, een pluimHet fokken van Heilige
Birmanen is niet eenvoudig. De teer-beige kleur (golden) van de vacht op de
rug krijgt men pas bij volle wasdom, en dan slechts zelden te zien. Meestal
blijft dit beperkt tot dieren van 1 à 2 jaar oud. Naar mate ze ouder
worden, wordt bij de meeste katten de teer-beige kleur te bruin en te donker.
Het wit op de poten van de Heilige Birmaan is recessief. De kleur op de poten
verdwijnt onmiddellijk zodra de Heilige Birmaan gepaard wordt met andere huiskatten,
Perzen (zonder wit) of Siamezen. Juist op grond van het feit dat het wit op
de poten recessief is, heeft een paring van twee bekroonde, ideale Heilige Birmanenpartners,
die dan meestal heel korte "handschoenen" hebben, niet altijd succes.
Het is dan ook heel erg moeilijk om een Birmaan te fokken die de perfekte witte
handschoenen heeft.In het algemeen zijn
Birmanen geen uitgesproken schootkatten, wel hebben zij graag contact met mensen.
Dat tonen zij door geregeld een poosje tegen hun baasje aan te gaan liggen en
soms ook op schoot. Ook dagen ze hun baas graag uit tot een spelletje. Zowel
poezen als katers kunnen, als zij daar zin in hebben, heel goed apporteren.
Mits op jonge leeftijd daaraan gewend, zijn ze heel lief en verdraagzaam tegen
kinderen. Heilige Birmanen zijn beroemd om hun zachte karakter, maar hebben
ze iets in hun kop, dan zijn ze volhardender en eigengereider dan menig andere
kat. Dan helpt geen enkele afleidingsmanoeuvre. Ze zijn intelligent, levendig
en actief en kunnen slecht tegen hele dagen alleen zijn. In feite kan een Birmaan
met verschillende dieren goed opschieten, waarbij u er wel rekening mee moet
houden dat hij licht overheersend is ten opzicht van andere dieren. Omdat een
Heilige Birmaan zeer intelligent is, zal hij snel in de gaten hebben wanneer
u niet stevig in uw schoenen staat en dan zal hij u zo om, zijn witte sokjes
winden. Poezen zijn in het algemeen goede moeders en ook katers zijn doorgaans
heel lief voor kittens. Sommige vaders geven, als de moeder de kater kent en
vertrouwd, hun kinderen een 'schone broek' als dat nodig is.
De Legende, de mooiste
dierlegenden houdt verband met het ontstaan van de Heilige Birmaan. De Boeddhistische
monnik Yotag Rooh-Ougji vertelde het volgende verhaal: Eeuwen
geleden woonden er in het mysterieuze Tibet groepen Kittah priesters die de
god Song-Hyo en de godin Tsun Kyan-Kse aanbaden. Om dit in alle rust te kunnen
doen en om hun goden te vereren bouwden ze prachtige tempels met bladgoud bedekt
en omringd door hoge muren. Deze hoge muren dienden tevens ter bescherming van
de in elke tempel aanwezige honderd witte katten. Deze katten speelden een belangrijke
rol in de godsdienst van de Kittah's: de priesters die zo puur waren dat hun
ziel op aarde niet kon worden gemist lieten na hun dood hun ziel overgaan in
zo'n witte kat. Zijn haar was sneeuwwit en de God Song Hio zelf had zijn goudkleurige
baard gevlochten. Zijn leven was totaal gewijd aan de godin met de saffierblauwe
ogen, Tsun-Kyan-Kzé, de godin van de zielsverhuizing. Zij was de grote
middelares, die ervoor zorgde dat de Kittah-monniken na hun dood opnieuw, in
een gewijd dier, tot leven kwamen. De wijze Mun Ha had een kater, Sinh, die
voor hem als orakel diende, Sinh was zuiver wit, zijn ogen waren geel. Oren,
neus, staart en poten hadden de kleur van de aarde, een teken voor de onreinheid
van alles dat met deaardbodem in aanraking komt. Op een kwade nacht werd de
tempel overvallen door een bende moordzuchtige Phoums uit Siam en werd Mun-Ho
vermoord terwijl hij in standvastige aanbidding voor het beeld van de godin
geknield zat. Tot op het laatste moment keek hij in de saffieren ogen van de
godin en toen gebeurde het wonder van de zielsverhuizing: de wijze Mun Ha stierf,
omgeven door zijn katten en de angstige Kittah-monniken. Op dat moment van vertwijfeling
geschiedde het wonder van de zielsverhuizing: Sinh sprong op de gouden troon
van de dode abt en zette zijn poten op het hoofd van zijn heer om in diens plaats
de aanbidding van de godin voort te zetten. Plotseling nam het haar van het
dier een gouden kleur aan en werden zijn ogen diepblauw, als het saffierblauw
van de ogen van Tsun-Kyan-Kzé. Slechts daar waar zijn poten het hoofd
van zijn meester raakten bleef de vacht zuiver wit. Eénmaal draaide Sinh
zijn kop om in de richting van de grote toegangspoort van de tempel. De Kittah's
volgden zijn blik en slaagden erin de zware bronzen toegangsdeur van de tempel
te sluiten voordat de barbaren de tempel konden ontwijden. Zeven dagen lang
bleef Sinh in de ogen van de godin kijken en at of dronk niet. Na zeven dagen
overleed Sinh en nam hij de ziel van Mun-Ha mee naar Tsun Kyan-Kse. Sinh nam
de ziel van Mun Ha met zich mee en bracht deze naar de godin Tsun-Kyan-Kzé.
Mun Ha hoefde op deze aarde niet meer in een andere gestalte te leven... hij
was volmaakt. Toen de monniken zich verzamelden om de opvolger van Mun Ha te
kiezen, kwamen alle katten van het klooster toegelopen. Ze hadden allemaal dezelfde
gedaantewisseling ondergaan als Sinh. Allemaal hadden ze een goudkleurige vacht,
blauwe ogen en, ten teken van reinheid, witte poten. Zonder één
geluid schaarden ze zich om de jongste monnik heen. De in deze katten belichaamde
gestorven Kittah-priesters hadden op deze manier een opvolger aangewezen. Steeds
wanneer er een heilige kat in het klooster Lao Tsun sterft, wordt de ziel van
een monnik bevrijd om zijn intrek te kunnen nemen in het paradijs.
Zo ontstond volgens de legende de Heilige Birmaan: met de ogen van een godin;
met een gouden glans die van zowel de godin als van zijn meester kwam en met
donkerbruin als symbool voor de onreinheid van de aarde, de laffe moord op het
reine maar met witte voeten als symbool van de zuiverheid van de ziel. *******************************************************************************************************************************************************************